Haatzaaien van moslims hebben we zelf gecreƫerd
In het dorpje waar ik ben opgegroeid, kwam ooit een Turks echtpaar wonen. Ik denk dat ik elf was, hooguit twaalf. Hij was een gastarbeider, maar niemand kon me vertellen waar hij precies werkte. Zij zag er uit als veel vrouwen die je hier nog steeds in Lombok tegenkomt. Lang gewaad, hoofddoek (die overigens in Turkije verboden zijn) en van die geinige pantoffels. Het was de eerste keer dat ik een allochtoon in het echt zag.
Niemand uit het dorp had contact met hen. Ze woonden in een achterafhoekje, tussen een stuk of tien bejaardenwoningen, en hadden geen kinderen. Godzijdank, denk ik nu.
Want altijd als ze over straat liepen, werden ze uitgescholden. Door de jeugd, maar ook door volwassen dorpelingen. Reden: ze waren de enige allochtonen in een tot dan toe volledig blank dorp waar alles wat afweek van de toch al enge norm werd afgekeurd. Ik herinner me nog hoe diverse figuren de man doorlopend in verband brachten met schapendiefstal uit de weilanden rond het in meer opzichten pietepeuterige plekje. Al snel vertrok het Turkse echtpaar naar elders.
Nu ik weer aan deze mensen denk, schaam ik me voor mijn geografische afkomst. Maar meer nog schaam ik me voor lieden die allochtonen verwijten dat ze niet willen integreren. Die hen criminaliseren en beschuldigen van haatzaaierij. En ja, ik vond die scheldreply van Bouchra Ismaili ook niet kunnen.
Maar probeer je eens in te denken hoe die generatie is opgegroeid. Het Turkse echtpaar in mijn geboortedorp zal geen uitzondering zijn geweest. Overal in ons land zullen de eerste naoorlogse allochtonen angst dus afkeuring en haat hebben ontmoet. En dat zal geen van hen in de kouwe kleren zijn gaan zitten. Het was toch al zwaar genoeg, een nieuw bestaan opbouwen in een vreemd en andersgezind land. Deelnemen aan ons arbeidsproces. Kinderen opvoeden.
Wie blijft zitten met veel onverwerkte pijn, zal een deel ervan doorgeven aan zijn nazaten. Dat geldt net zo goed voor de eerste generatie gastarbeiders. En dus zal veel geabsorbeerde haat zijn uitgekuurd op de eerste generatie in Nederland geboren Turken en Marokkanen. Die ook weer kinderen kregen en doorgaven wat ze zelf niet konden verstouwen. Bovendien: twee generaties allochtonen die opgroeiden met het idee dat hun ouders worden gehaat in het land waar ze wonen. Is het dan raar dat deze bevolkingsgroepen niet echt vrolijk gestemd zijn over onze normen en waarden, gewoonten en gebruiken?
Lijkt mij van niet. Ik zou ook de pest krijgen aan een volk dat me niet alleen grotendeels buitensluit, maar me ook beschimpt en treitert. En ik zou al zeker niet geneigd zijn om deel uit te gaan maken van de bijbehorende cultuur. Ik weet niet of het tij nog te keren is, maar laten we nooit vergeten dat we de allochtone afkeer voor onze maatschappij grotendeels aan onszelf te danken hebben.
Niemand uit het dorp had contact met hen. Ze woonden in een achterafhoekje, tussen een stuk of tien bejaardenwoningen, en hadden geen kinderen. Godzijdank, denk ik nu.
Want altijd als ze over straat liepen, werden ze uitgescholden. Door de jeugd, maar ook door volwassen dorpelingen. Reden: ze waren de enige allochtonen in een tot dan toe volledig blank dorp waar alles wat afweek van de toch al enge norm werd afgekeurd. Ik herinner me nog hoe diverse figuren de man doorlopend in verband brachten met schapendiefstal uit de weilanden rond het in meer opzichten pietepeuterige plekje. Al snel vertrok het Turkse echtpaar naar elders.
Nu ik weer aan deze mensen denk, schaam ik me voor mijn geografische afkomst. Maar meer nog schaam ik me voor lieden die allochtonen verwijten dat ze niet willen integreren. Die hen criminaliseren en beschuldigen van haatzaaierij. En ja, ik vond die scheldreply van Bouchra Ismaili ook niet kunnen.
Maar probeer je eens in te denken hoe die generatie is opgegroeid. Het Turkse echtpaar in mijn geboortedorp zal geen uitzondering zijn geweest. Overal in ons land zullen de eerste naoorlogse allochtonen angst dus afkeuring en haat hebben ontmoet. En dat zal geen van hen in de kouwe kleren zijn gaan zitten. Het was toch al zwaar genoeg, een nieuw bestaan opbouwen in een vreemd en andersgezind land. Deelnemen aan ons arbeidsproces. Kinderen opvoeden.
Wie blijft zitten met veel onverwerkte pijn, zal een deel ervan doorgeven aan zijn nazaten. Dat geldt net zo goed voor de eerste generatie gastarbeiders. En dus zal veel geabsorbeerde haat zijn uitgekuurd op de eerste generatie in Nederland geboren Turken en Marokkanen. Die ook weer kinderen kregen en doorgaven wat ze zelf niet konden verstouwen. Bovendien: twee generaties allochtonen die opgroeiden met het idee dat hun ouders worden gehaat in het land waar ze wonen. Is het dan raar dat deze bevolkingsgroepen niet echt vrolijk gestemd zijn over onze normen en waarden, gewoonten en gebruiken?
Lijkt mij van niet. Ik zou ook de pest krijgen aan een volk dat me niet alleen grotendeels buitensluit, maar me ook beschimpt en treitert. En ik zou al zeker niet geneigd zijn om deel uit te gaan maken van de bijbehorende cultuur. Ik weet niet of het tij nog te keren is, maar laten we nooit vergeten dat we de allochtone afkeer voor onze maatschappij grotendeels aan onszelf te danken hebben.
Labels: Media and Politics
0 Comments:
Post a Comment
<< Home